Een tak, de blaadjes hangen er treurig bij. Het is geen afgebroken tak van een van de boompjes die er in mijn voortuin staan. De tak staat op zichzelf, voelt zich ‘alleen’ en dat is hem duidelijk aan te zien.
Ik loop naar binnen met mijn armen vol boodschappen en als ik de deur met mijn voet achter me dicht ‘duw’, gaat onmiddellijk daarna de deurbel. Wat geërgerd probeer ik me van mijn boodschappen te ontdoen. Een pak met eieren valt op de grond en opnieuw de bel.
“Ja, ja, ik kom er aan.” roep ik tegen de gesloten deur.
Snel breng ik de rest van mijn boodschappen in veiligheid en spoedt me terug naar de gang. Het kan immers niet anders dan heel belangrijk zijn als er twee keer gebeld wordt met korte tussenpozen.
“Waarom dan?”
Voor me staat Diego, de kleinzoon van mijn buurvrouw. Diego is 7 jaar en zit op een school voor speciaal onderwijs. Diego heeft een verstandelijke beperking en is autistisch.
Diego is graag buiten, hij stept veel, hij speelt veel alleen en hij is gek op alles dat groeit en bloeit. Vragen als “Waarom dan!” of “Wat ben je aan het doen.” behoren tot zijn favoriete repertoire.
Hij verzamelt ook graag, doet repeterende handelingen en activiteiten.
Zijn voorlaatste verzamelwoede bestond uit slakken. Veel slakken en zorgen dat alle slakken bekeken en voorzien werden van ‘nieuwe’ huisvesting. Slakken zijn niet voor ieder mens een ideaal huisdier, maar wel voor Diego. Dit tot grote ontsteltenis van zijn ouders en van oma, die hem al meer dan eens verteld hebben dat dit vies is en dat hij van de slakken af moet blijven. Zonder resultaat, geobsedeerd als hij was door de slak.
Hij bekeek ze, bevoelde ze, gaf ze eten, gooide ermee en zocht een plek om te wonen. Soms in een boom, in het gat van de droogmolen en een andere keer op de auto of in de brievenbus. Hij wist dat het niet mocht maar was gehaaid genoeg om buiten het gezichtsveld van oma te blijven, die dat natuurlijk best door had.
“Karin, ik heb hem weer in de tuin gezet.”
Ik keek naar zijn hand die iets naar links wees. “Kijk daar staat ie.” Ik keek van de tak naar Diego en zag dat hij vol trots mij zijn nieuwe aanwinst toonde. Het was niet de eerste keer deze week. Eigenlijk was het zo’n week of twee geleden begonnen. Hij had met een afgebroken tak rondgezwaaid en ik had hem gevraagd om niet met die tak bij mijn auto te zwaaien. Meteen waren de vragen gekomen “Waarom niet?” Ik had even met hem staan praten en omdat hij de tak niet in de groene kliko wilde doen en ook niet terug in de bosjes wilde gooien, hadden we maar bedacht dat we hem wel zouden kunnen planten in mijn tuin. Alles was beter dan krassen op mijn auto. Diego was daar onmiddellijk in meegegaan en het was niet bij planten gebleven. Planten moesten immers ook water. Ik probeerde hem uit te leggen dat deze plant dood was maar daar wilde Diego natuurlijk niet aan. We besloten hem water te geven om te kijken of we hem nog konden redden. Hier was een nieuwe herhaling, een nieuwe hobby ‘geboren’. Want natuurlijk wilde de tak niet groeien. Maar wat voor deze tak gold, hoefde natuurlijk niet voor elke tak te tellen.
Het is dus nu een tak.
Een afgebroken of afgesnoeide tak uit het plantsoen aan de overkant die hij, keer op keer tijdens zijn omzwervingen op de step, oppakt en bij mij in de tuin plant. “Kijk Karin, hij staat er weer.”
De tak krijgt water en wordt, na een nacht met veel wind, weer rechtop gezet. Diego zoekt steeds nieuwe plekken om zijn takken een goed onderkomen te geven.
Als ik hem soms stiekum weggooi, in de veronderstelling dat hij het wel niet zal merken, staat er dezelfde dag nog een nieuwe. En altijd meldt hij het even. Hij komt onmiddellijk naar me toe als ik met de auto of de fiets aankom en als hij me mist belt hij even aan. Net als vandaag dus.
“Kijk Karin, hij staat er weer.”
Diego’s wereld
Ik laat het maar zo, zet af en toe mijn bel uit en probeer ook weleens ongezien naar binnen te komen. Het is het wereldje van Diego. Zijn verlangen tot herhalen en zich op een ding te richten, ga ik niet verstoren. Ik weet dat het van de een op de anderen dag weer over kan zijn. Dat plotseling een nieuwe hobby zich aandient. Maar tot het zover is, heb ik gewoon wat ‘vreemde’ planten in mijn tuin en een regelmatig terugkerende ‘gast’ bij mijn voordeur.
“Hoi Diego, ik zie het.”
“De tak staat er weer mooi daar, maar ik denk niet dat hij het gaat redden.”
“Waarom niet Karin?”
“Hoe komt dat dan?”
“Wat doet ie dan?”
Met dank aan Marco en Pearlie, de ouders van deze prachtige jongen.
Karin Donkers schoolleider op een
school voor OntwikkelingsGericht Onderwijs
Twitter; @kardonsch