Onlangs kwam ik, tijdens mijn wekelijkse snuffeltocht in de Alkmaarse kringloopwinkels, het Verkiezingsprogramma van Loesje tegen. Dit boekje stamt uit 1989 en heeft de titel ’Stem niet op mij’ meegekregen. Ingewijden weten dat deze dame (ik dus) een grote fan van Loesje is. Kritisch, humoristisch, stout en ondanks dat zij al jaren aan de weg timmert nog altijd scherp, alert en actueel. 40 eurocent mocht ik voor dit 25 jaar ’jonge’ boekje betalen.
Thuisgekomen startte ik meteen met bladeren en natuurlijk werd het verkiezingsprogramma eerst op de term onderwijs doorzocht.
Al snel bleef mijn vinger hangen tussen bladzijde 154 en 155 met bovenaan de bladzijde de titel ’De creatieve school’. Wat toen ook al? Maar toen een verkiezingspunt met deze titel. Ja en dan verwacht je dus dat het natuurlijk een achterhaald punt zal zijn. Niets is echter minder waar. Ik citeer.
De Creatieve school
Wat maakt mensen creatief? Als we dat weten, dan waren we het allemaal al. Mis. We weten het allang. Loop een bibliotheek binnen en onder het trefwoord ’creativiteit’ staat het. In een boek van prof. dr. D.W. Vaags bijvoorbeeld. Vaags onderscheidt met betrekking tot een creatief resultaat 4 bronnen.
1. De opdracht is nieuw, uitdagend en intrigerend. Sluit aan op uw leergierigheid (proeven doen).
2. De omgeving kan een creatief proces danig frustreren. Of juist uitlokken. Competitie en tijdsdruk werken mee aan het eerste. Een vertrouwde sfeer en grote vrijheid bevorderen het tweede.
3. Dan is er nog de persoon in kwestie. oefening baart kunst. En wie een beetje aanleg heeft, maakt zich makkelijk een creatieve houding eigen. De kenmerken hiervan:
– Een sterke wil. Onafhankelijke instelling.
– Openheid voor de omgeving (verwondering)
– Tolerantie voor conflicten en frustraties.
– Voorliefde voor complexiteit.
– Het vermogen om op een onbevangen, speelse manier het innerlijk te durven waarnemen.
4. En lest best, de motivatie. Die moet van binnenuit komen, mag niet opgelegd zijn.
Veel is er niet terecht gekomen van dit verkiezingspunt. Jammer genoeg niet, ik kan niet anders zeggen. De aandacht voor scholen ligt vaak op de vakken taal en rekenen en te weinig op creativiteit en expressie. Het onderwijs is op veel scholen niet betekenisvol en zeker niet constructivistisch. Methoden geven (schijn)houvast en het gevoel dat als het maar aangeboden is, het ook wel beklijft.
Gek eigenlijk als we bedenken dat de behoefte aan creativiteit steeds meer toeneemt. Kennis is immers op te zoeken maar oplossingen vinden in een steeds complexer wordende maatschappij niet. Het hebben van kennis is mooi maar uiteindelijk gaat het om de toepassing van die kennis. We roepen op om ’out of the box’ te denken maar vergeten dat we de kinderen van nu wel de mogelijkheid moeten geven om dit te ontwikkelen en te ontdekken. Uniformiteit, toets- en afrekencutuur, benchmarken en methodisch onderwijs zijn sterk belemmerende factoren.
Laten we hopen dat er sinds 1989 wel een andere positieve verandering is doorgezet. Teleurgesteld liep de samensteller van het toenmalige verkiezingsprogramma langs een school.
Bladzijde 150;
Wat speelt zich toch af in die vierkante gebouwen? Zijn de hekken bedoeld om vluchten te voorkomen of de toevloed te dempen. ’s Morgens zag ik kinderen dansend en buitelend voor het hek. Nog geen half uur later zaten ze stilletjes als play-mobil poppetjes in het gelid achter de ramen. Zagen nog slechts elkaars rug. Wat hebben ze gedaan dat ze zo worden gestraft?
Misschien dat er een politieke partij is die dit nogmaals opneemt in haar verkiezingsprogramma.
Veel werk aan de winkel dus.
Karin Donkers,
schoolleider op een school voor
Ontwikkelingsgericht Onderwijs
@kardonsch
Geweldig stuk!
Of het nu , in de toekomst,of in het verleden is:
De ontwikkeling en bevordering van de creativiteit is heel belangrijk in in een leerproces!
Zonder uitdaging geen leerproces!
Mariët
Sommige dingen kunnen niet vaak genoeg herhaald worden. Herhalen kan helpen. Stemmen ook. En je stem laten horen. In alle toonaarden. Tot er een kritische massa gaat mee resoneren en het tot klinken komt. Hup Loesje. Hup Karin! Hup ik. Hup ….